Eigendom

De Reeuwijkse Plassen hebben een unieke eigendomssituatie. De plassen zijn voor ongeveer 80% particulier bezit. Slechts 20% is eigendom van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk. De eigendom van percelen water gaat terug tot de tijd voor de vervening, toen het nog land was, dus voordat er water boven de bodem stond. Dit is uniek in Nederland. Water op zich kan geen eigendom vormen. Het is een fluïde substantie, wat wil zeggen dat het zich niet aan één plaats bindt en ook verdampt. Het eigendom van een perceel water is feitelijk het eigendom van de waterbodem onder de waterkolom. Veel waterpercelen liggen direct aan een perceel land, het zogenaamde ‘warme water’. Veel waterpercelen, al of niet met eilanden, liggen echter ergens midden in een plas, het zogenaamde ‘koude water’.

Rechten en plichten

Het eigendom geeft rechten en plichten. De rechten zijn voornamelijk de heerlijke rechten als jacht- en visrecht. Door landelijke wet- en regelgeving zijn deze rechten ernstig beperkt. De plichten zijn zeker op dit moment groter dan de rechten. Een eigenaar moet zijn perceel water naar de eisen van de legger op diepte houden (baggeren) en sloten en vaarten vrij houden van te dichte begroeiing. Jaarlijks wordt dit door het Hoogheemraadschap Rijnland geschouwd. Daarnaast betaalt een eigenaar diverse heffingen (waterschapslasten) en belastingen (Onroerende Zaak Belasting – OZB). Door de beperking van het jacht- en visrecht zijn waterpercelen steeds minder waard geworden. De vraag is of de heffingen en belastingen nog wel in verhouding staan tot de huidige waarde. De VWR besteedt daar aandacht aan.

Gebruik door derden

Gezien de bijzondere eigendomssituatie is er vanuit de VWR en de D12P veel aandacht voor het gereguleerd gebruik door derden. Vooral de toegenomen recreatiedruk staat hoog op de agenda. 

De D12P heeft ook uitgifte van vaarontheffingen, het terugploegen van de opbrengsten uit de leges naar natuurherstelprojecten van eigenaren in het plassengebied en de coördinatie van de controle op de vaarontheffingen en handhaving van correct vaargedrag als taken.

Baggeren

Eigenaren van water hebben de plicht ervoor te zorgen dat hun water een bepaalde diepte heeft. Voor weteringen in het plassengebied is dat 1 meter in het midden van de wetering.

Het schouwen van de weteringen hoort te worden gedaan door het Hoogheemraadschap. Echter, de praktijk laat zien dat dit niet of weinig gebeurt. En als een eigenaar zijn wetering laat uitbaggeren dan zal deze binnen de kortste keren weer vol lopen met bagger uit de aanpalende weteringen. Een oplossing kan gevonden worden in het gezamenlijk uitbaggeren van de weteringen waarbij de gemeente en/of het Hoogheemraadschap ook een rol kunnen spelen.

Staken

Veel eigenaren ervaren het vervelend wanneer boten dicht langs de kant varen. De regel is 50 meter maar veel gebruikers van het water weten dit niet of hebben er geen boodschap aan. Een aantal eigenaren heeft daarom staken in hun water geplaatst om daarmee andere gebruikers op afstand te houden. Volgens de APV is dit niet toegestaan, hoe begrijpelijk zoiets ook moge zijn.